nieuwbouwappartementen met hoge isolatiegraad

Woningisolatie in Nederland; de cijfers op een rijtje

Last updated:

Omdat we zelf in een oude buurt wonen met huizen van rond 1890 verlies je wel eens uit het oog wat er allemaal landelijk al gebeurd is. Isolatie is een ‘no regret’ maatregel. Hoe snel of langzaam je van het gas afgaat, isoleren loont altijd direct voor comfort, energiebesparing en klimaatwinst. Nieuwe huizen moeten per 1-1-2021 zelfs aan de strenge isolatienormen van BENG ‘Bijna energieneutraal gebouwen norm voldoen’. Maar hoe staat het met de woningisolatie in Nederland voor de gehele woningvoorraad?

Korte antwoord: binnen de zeer ruime definitie van isolatiegraad wel, maar je hebt er zo niks aan.

Hoeveel en welke woningen zijn in Nederland ‘geïsoleerd’?

Om die vraag te beantwoorden bekeek ik de cijfers van het Compendium voor de Leefomgeving. Elke 5 of 6 jaar wordt de stand opgenomen. De jongste cijfers uit 2018 zijn helaas alweer 3 jaar oud. Omdat ze elke 6 tot 7 jaar vernieuwd worden, moeten we nog tot 2023 of 2024 wachten op nieuwe cijfers.

Grafiek 1: Isolatie percentage per type isolatie door de jaren heen. De cijfers zijn afkomstig uit een steekproef van 4500 huishoudens (Bron: Clo Woononderzoek 2018).

Dat valt niet tegen, zo op het eerste gezicht. Woningen zijn al flink geïsoleerd. Het aandeel geïsoleerde woningen neemt toe doordat nieuwbouw goed geïsoleerd is. Doordat slechte woningen zonder isolatie gesloopt worden. En met name in de sociale huursector is vrij veel geïsoleerd.

Mm, is dit nu goed of slecht?

Als je dan wat dieper in de cijfers duikt, valt het volgende op:

  • De grootse sprong in isolatie verbeteringen vonden plaats tussen 2006 en 2012.
  • De verbetering tussen 2012 en 2018 was veel minder groot.
  • Dubbel glas is zelfs afgenomen met 1% tussen 2012 en 2018? Valt Triple glas soms niet onder dubbel glas?
  • Hoe hoger de nieuwbouw in een periode, hoe sneller de isolatiegraad stijgt; nieuwe woningen zijn immers direct bij de bouw al geïsoleerd.
  • De ‘isolatiegraad’ lijkt een duidelijk waarde, maar uit de definitie blijkt dat geen onderscheid wordt gemaakt naar kwaliteit of dikte. Het dunste fliebertje isolatie telt al mee in de dekking.

Pas als de ‘isolatiegraad’ op 100% zit zijn we er? En is 80% isolatiegraad voor dakisolatie dan oke of niet? Daarnaast is de mate van isolatie natuurlijk van belang. We zijn er pas als alle huizen energieneutraal zijn. Of is BENG, (Bijna Energieneutraal Gebouw) goed genoeg? En dubbelglas dat geen Hr++ glas is? Telt dat mee in de isolatiegraat? Of triple hr++ glas? Dakisolatie met 3cm dun glaswol, kan dat nog wel isolatie heten anno 2021?

Definitie ‘isolatiegraad’: aandeel in oppervlak ongeacht kwaliteit

De isolatiegraad is hier gedefinieerd als

Het percentage van het oppervlak van de betreffende bouwdelen van een woning dat is geïsoleerd. Kleine woningen tellen hierin even zwaar mee als grote woningen.” En: “Bij deze isolatiegraad wordt geen onderscheid gemaakt naar dikte of kwaliteit van de isolatie, dus als de isolatiegraad 100% bedraagt kan er nog steeds verbetering mogelijk zijn door betere isolatie.

Definitie isolatiegraad

Oké, de term isolatiegraad is dus zeer soepel. Een beetje glaswol onder de vloer telt al mee. Oud dubbelglas telt net zo zwaar mee als triple glas dat 5 x zo goed isoleert. Mijn mening: ‘isolatiegraad’ is een verouderde maat die niet past bij de klimaatambities van Nederland. Zijn er dan andere indicatoren die wijzen op verbeterde isolatie?

Aardgasverbruik veel minder omlaag dan isolatie omhoog?

Het aardgasverbruik neemt met 19% af tussen 1990 en 2018. Aardgas wordt door consumenten voor het grootste deel gebruikt voor het verwarmen van huizen. Dus als we 19% besparing zien moet dit ook ongeveer de toename in isolatie zijn, zou je denken. Natuurlijk, dakisolatie is met 30% veel belangrijker voor de totale stookkosten dan bijvoorbeeld muurisolatie met 15%.

En een andere factor is dat mensen door installatie van warmtepompen overstappen van aardgas naar elektrisch verwarmen. Maar daardoor zou de verschuiving van aardgas naar elektra de daling nog krachtiger maken.

Het is ook niet steeds kouder geworden waardoor het aardgasverbruik relatief toegenomen zou zijn en de besparing door isolatie verdampt is. De 19% daling in aardgasverbruik is al gecorrigeerd voor temperatuur.

energieverbruik hh per inwoner 1990-2008 gecorrigeerd voor temperatuur bron CBS
Grafiek 2: Het aardgasverbruik voor temperatuur gecorrigeerd, waarmee voornamelijk woningen verwarmd worden, neemt gestaag af. Het energieverbruik per inwoner is tussen 1990 en 2018 met 19 procent gedaald van 32,8 naar 26,5 GJ per inwoner. Bron: CBS

Bovendien werd het gemiddeld juist warmer tussen 1990 en 2020: van gemiddeld 10,9 °C naar 11 °C, een toename van 1,1 °C (bron KNMI Klimaatdashboard.)

Als we de isolatiegraad stijging bekijken in de 32 jaar tussen 1986 en 2018 dan zien we per isolatie type:

  • Dubbel glas: +72% (van 40% in 1990 naar 84% in 2018)
  • Dakisolatie: +82%
  • Muurisolatie +133%
  • Vloerisolatie: +63%
  • en zoals gezegd de afname aardgasverbruik gecorrigeerd voor temperatuur: -19%

Dat loopt niet helemaal synchroon. Je zou verwachten dat als huizen 2 keer zo goed geïsoleerd zijn, ze ook 2 x minder aardgas verbruiken? Of zelf meer dan dat omdat verwarmen van huizen niet 1 op 1, maar exponentieel toeneemt bij slechtere isolatie?

En dan is er ook nog de overstap van aardgas naar elektrische warmtepompen waardoor aardgas niet op -19%, maar nog veel hoger zou moeten liggen? Er moeten ook andere factoren in het spel zijn. Ik noem er hier een aantal.

Energieverbruik naar woningtype verschilt flink

Een vrijstaande woning verbruikt wel dubbel zoveel energie als een appartement. Dat het energieverbruik per soort woning flink verschilt, komt doordat gemiddeld:

  • Het ene type groter is dan het andere.
  • Het ene type meer buitengevel of dak heeft dan het andere type.

Het CLO (Compendium voor de Leefomgeving) houdt deze cijfers bij.

Grafiek 3: Energieverbruik naar woningtype 2017. Bron CLO.

Per woningtype en bouwjaar zijn verschillende isolatie mogelijkheden. Van de woningvoorraad is ongeveer 28% van voor 1945. Dit zijn de lastiger te isoleren woningen. De woningen van voor 1925 hebben vaak geen spouwmuur en woningen tot hebben een dunne, maar niet geïsoleerde spouw. Ik snap niet waarom de cijfers niet gesplitst zijn naar die bouwkundige knip: met en zonder spouw.

Het grootse deel van de woningvoorraad is van tussen 1965 en 1984: 32%. Deze huizen hebben meestal slechte tot matige isolatie: de huizen van voor 1975 zijn slecht geïsoleerd. De huizen in die groep gebouwd tussen 1975 en 1984 matig.

Zou het energielabel soms uitkomst bieden om bij te houden hoe de werkelijke isolatie ervoor staat?

Grafiek: Woningen naar eigendom, woningtype en bouwjaar. Bron: CLO

Energielabel en type woning

energie index en energielabel
Hoe lager de Energie-index, hoe beter (lager) het Energielabel.

Ongeveer de helft van de Nederlandse woningvoorraad heeft een energielabel. Hoe lager het cijfer, hoe slechter geïsoleerd. Tot eind 2020 kon je als huiseigenaar online met een paar vragen en eigen foto’s van je huis (of dat van je buurman) voor € 15,- een label aanvragen. Het schijnt dat er nog een spurt is geweest met 900.000 aanvragen van het goedkope online verkrijgbare label eind 2020, dus dit zou nu zomaar flink hoger kunnen liggen.

Per 1-1-2021 is het hebben van een energielabel verplicht bij de aan en verkoop van een woning en moet er een energieadviseur langskomen. De prijs is met €150-200 hoger, maar het gegeven label ook preciezer en minder fraudegevoelig.

Grafiek 4: Aandeel woningen met energielabel. Begin 2020 had ongeveer de helft van de woningen een energielabel. De cijfers voor 1 januari 2021 zijn naar verwachting pas augustus van 2021 beschikbaar. Bron: CLO tab 4 aandeel woningen.

Weten wat het huidige energielabel van jouw huis is? Zoek je energielabel.

Ongeveer 2/3 van de woningvoorraad had begin 2020 een energielabel A, B of C.

Grafiek 5: Energielabel verdeling van de gelabelde woningvoorraad NL 2020. Bron: CLO tab 1 verdeling labels.

9,2% van de woningen zat in de slechts energielabel categorie: F of G. Dit zijn meestal oude huizen met enkelglas en geen dak, vloer of muurisolatie.

Maar zijn dit vooral vrijstaande huizen of hoekhuizen? Tussenwoningen van vooroorlogse wijken of 2 onder 1 kap woningen uit het interbellum? Geen idee.

Grafiek 6: Energielabels per type woning .Bron: CLO

Grafiek 6 geeft de verdeling van energielabels weer per type woning. Helaas niet voor de combi type en bouwjaar, hetgeen vele meer inzicht zou geven. De figuur laat zien dat label G vooral in vrijstaande woningen en flats/appartementen een hoger aandeel hebben.

Daarnaast zijn er kaarten waarop je op buurtniveau kunt zien wat het energielabel van een huis is. Maar daar vallen geen algemene uitspraken uit de halen.

Waarde energielabel tot en met 2020 beperkt

Bovendien zagen we dat nog maar de helft van de woningvoorraad een definitief energielabel heeft op basis van zelf ingevulde waarden. De andere helft heeft een voorlopig zeer globaal label. Het energielabel zegt dus voorlopig weinig over de stand van zaken van de isolatie Nederlandse woningvoorraad.

Overstap van verwarmen van Hr-ketel naar warmtepomp?

We zagen dat de percentuele stijging van de woningisolatie niet gelijk opgaat met een vergelijkbare daling van het gebruik van aardgas. Je kunt het verschil tussen de ‘isolatiegraad toename’ en ‘aardgasverbruik daling’ niet aan elkaar koppelen: de isolatie neemt met +70% veel sneller toe dan het aardgasverbruik met -19% af onder huishoudens.

Uit de Gasmonitor 2020 van Natuur & Milieu blijkt dat de groei van het aantal warmtepompen nog niet echt doorzet: in 2019 werden er 5% meer Hr-ketels verkocht: 450.000, tegen 45.000 warmtepompen. Weliswaar een groei van 25% t.o.v. het jaar daarvoor maar toch slechts 10% van het totale aantal Hr-ketels op gas. En meer warmtepompen betekent meer elektra gebruik, niet meer gasverbruik. Een steeds kleiner aandeel van onze elektriciteit wordt opgewekt door gas. Dus dan zou het gas met nog meer dan die 19% moeten dalen als de isolatiegraad toename van 70% laat zien.

Voorlopige conclusie

Mijn voorlopige conclusie: De woningisolatie in Nederland is met de gemeten waarden uit het Woononderzoek waarop de isolatiegraden gebaseerd zijn op zijn minst onbruikbaar, anders zou de afname in gasverbruik voor woningen veel lager moeten zijn. En dat komt door hoe de definitie van isolatiegraad is vastgesteld; er wordt alleen gekeken of er isolatie is en niet naar de kwaliteit en/of de dikte ervan.

Oproep

Kloppen alle onderliggende data niet? Klopt m’n redenering niet? Wat zie ik over het hoofd? Graag jullie comments onder.

Heb je wat aan dit artikel?

Schrijf je dan in voor de Papagreen nieuwsbrief en blijf op de hoogte van meer interessante content, nieuws en tools!

child looking at map